Krijgen we straks wel genoeg plekken in de kinderopvang?

De politiek belooft bijna gratis kinderopvang voor werkende ouders, maar veel mensen in de sector waarschuwen: wat heb je aan gratis opvang als er straks geen plek meer is?

Met de invoering van de Wet Financiering Kinderopvang (WFK) wil het kabinet vanaf 2029 een nieuw stelsel invoeren. Ouders hoeven dan geen kinderopvangtoeslag meer aan te vragen, want de overheid betaalt direct aan de opvangorganisatie. Ouders betalen zelf nog maar ongeveer 4% van de kosten (tot aan maximum van een uurtarief).

Dat klinkt goed, maar er is een groot risico: het nieuwe systeem levert geen extra kindplaatsen op. Sterker nog, sommige deskundigen vrezen dat er juist minder plekken beschikbaar komen.

Waarom de vraag naar kinderopvang juist gaat stijgen

Volgens het kabinet moet de bijna gratis kinderopvang het werken aantrekkelijker maken. Ouders kunnen makkelijker meer uren werken, zonder dat de kosten te hoog worden.

Logisch gevolg: de vraag naar kinderopvang stijgt enorm. Meer ouders willen gebruikmaken van opvang, en bestaande gezinnen willen vaker per week opvangdagen afnemen. Maar het aanbod groeit niet automatisch mee. Dat komt door drie problemen: personeelstekort, ruimtegebrek en onzekerheid over investeringen.

1. Personeelstekort: het grootste knelpunt

De kinderopvangsector heeft al jaren te maken met een tekort aan pedagogisch professionals. Er staan duizenden vacatures open, en veel organisaties kunnen daardoor niet uitbreiden, zelfs niet als ze de ruimte hebben.

Regels zoals de hogere opleidingseisen, de vaste gezichten-eis en kleinere groepen maken het werk inhoudelijk beter, maar ook lastiger in te vullen. Het gevolg is meer vraag, maar niet genoeg personeel om extra groepen te starten. Dat betekent volle groepen en langere wachtlijsten, vooral voor baby’s.

2. Investeringsonzekerheid door nieuwe regels (DAEB)

Een belangrijke verandering in het nieuwe stelsel is dat kinderopvang een DAEB-status krijgt: Dienst van Algemeen Economisch Belang.

Dat klinkt technisch, maar het heeft grote gevolgen. DAEB betekent dat de overheid kinderopvang mag subsidiëren zonder dat dit verboden staatssteun is (wegens Europese regelgeving). Daar horen echter strenge regels bij: opvangorganisaties mogen geen overmatige winst maken, inkomsten en uitgaven moeten strikt worden gescheiden van andere activiteiten en de overheid kan grenzen stellen aan rendement en investeringen.

Veel kinderopvangorganisaties zeggen dat deze regels hun investeringsruimte beperken. Ze weten niet of ze hun uitbreidingsplannen nog kunnen betalen of dat ze straks hun winst deels moeten inleveren.

Het gevolg is dat verschillende organisaties hun bouw- en uitbreidingsprojecten al hebben gepauzeerd. Er komt dus geen extra capaciteit, terwijl de vraag juist stijgt.

3. Ruimtegebrek en lange wachttijden

In veel gemeenten is ruimte schaars. Nieuwe locaties openen kost tijd, vergunningen lopen vast en in sommige wijken zijn geschikte gebouwen niet te vinden. Daar komt bij dat gemeenten vaak strengere regels hanteren voor geluid, verkeersveiligheid en buitenruimte. Dat is goed voor de kwaliteit, maar vertraagt uitbreiding nog verder.

Het gevolg is langere wachtlijsten voor kinderopvang, vooral in stedelijke gebieden en bij populaire organisaties.

4. Meer regels, minder ondernemerschap

De bijna gratis kinderopvang klinkt sociaal, maar het maakt de sector ook meer afhankelijk van de overheid. Kleine ondernemingen vrezen dat ze niet kunnen voldoen aan de extra administratieve lasten van de DAEB-regeling en de toekomstige controles.

De invoering van de DAEB zou het vertrek van kleinere ondernemingen kunnen betekenen. Het aantal gastouders is al jaren fors aan het dalen, en de invoering van verdere kwaliteitsregels zou dat nog wel eens kunnen verergeren.

Minder kleinere aanbieders betekent minder keuzevrijheid voor ouders, en opnieuw: minder plekken.

Waarom er geen garantie is op meer plekken

Het kabinet gaat uit van meer deelname aan arbeid door de bijna gratis opvang. Maar nergens in de plannen staat hoe de extra vraag opgevangen wordt.

De overheid ziet graag een toename van ongeveer 200.000 kindplaatsen, een groei van zo’n 30 procent ten opzichte van het huidige aantal. Maar dat lijkt allesbehalve haalbaar. Om dit te realiseren zouden er naar schatting zo’n 5.000 nieuwe kinderopvanglocaties moeten worden geopend en ruim 35.000 extra pedagogisch medewerkers nodig zijn. Dat is in de praktijk vrijwel onmogelijk met de huidige personeelstekorten, hoge bouwkosten en lange vergunningsprocedures.

Er is geen structureel plan voor meer personeel, uitbreiding van locaties of extra investeringsruimte voor ondernemers.

Kortom: de Wet Financiering Kinderopvang regelt vooral hoe er betaald wordt, niet hoe er meer opvangplekken bijkomen.

Wat zegt de sector zelf?

Brancheorganisaties zoals BK waarschuwen dat de plannen goed bedoeld, maar slecht voorbereid zijn, zo is er geen overleg geweest met de branche over de invoering van de DAEB. Veel ondernemers zeggen dat ze zich afvragen of ze straks nog kunnen investeren, terwijl personeelstekorten blijven groeien.

“Gratis kinderopvang is mooi, maar zonder mensen en locaties blijft het een belofte op papier.”

Bijna gratis, maar niet vanzelfsprekend bereikbaar

De invoering van het nieuwe stelsel lijkt positief voor ouders, want bijna gratis kinderopvang klinkt aantrekkelijk. Maar zonder duidelijke oplossingen voor personeel, investeringen en ruimtelijke groei, dreigt het om te slaan in een systeem met minder keuze, langere wachtlijsten en hogere druk op medewerkers.

De komende jaren zal moeten blijken of het kabinet naast financiële beloften ook investeert in capaciteit, kwaliteit en werkplezier in de sector. Want alleen dan wordt bijna gratis kinderopvang ook echt toegankelijke kinderopvang.

Invoering van Wet Financiering Kinderopvang nog onzeker

Eind oktober 2025 is de concept wettekst Wet Financiering Kinderopvang openbaar gezet voor de internetconsultatie. De verwachting is dat hier nog veel commentaar en tegenstand tegen komt. Het plan voor de DAEB is niet bepaald zorgvuldig voorbereid en veel onderzoeken en gevolgen moeten nog gemaakt worden. Aangezien wetsvoorstellen van kabinet Schoof (VVD en BBB) niet uitblinken in kwaliteit is het ook maar de vraag of dit door de beide kamers komt.

Samenvatting voor ouders

  • Vanaf 2029 komt er (mogelijk) een nieuw stelsel met bijna gratis kinderopvang.
  • De vraag naar opvang zal sterk stijgen.
  • De overheid mikt op 200.000 extra kindplaatsen, maar dat lijkt onhaalbaar.
  • Daarvoor zouden 5.000 nieuwe locaties en 35.000 extra medewerkers nodig zijn.
  • Door personeelstekort, regels en investeringsonzekerheid groeit het aanbod nauwelijks.
  • Gevolg: langere wachtlijsten en minder keuze.
  • De overheid regelt nu vooral de financiering, niet het aanbod.