De overheid werkt aan een nieuw stelsel voor bijna gratis kinderopvang, bedoeld om ouders te ontlasten en het werken aantrekkelijker te maken. Maar een belangrijke vraag blijft: kunnen er straks ook echt meer kinderen naar de kinderopvang?
Het korte antwoord is: nee, waarschijnlijk niet.
Tekort aan plekken blijft groot
Zoals we eerder schreven in het artikel Krijgen we straks wel genoeg plekken in de kinderopvang?, kampt de sector nu al met een tekort aan opvangplekken. Er is een groot personeelstekort, de bouw van nieuwe locaties loopt vast en de regels worden steeds strenger.
De overheid wil graag 200.000 extra kindplaatsen realiseren (een groei van zo’n 30 procent ten opzichte van het huidige aantal) maar dat lijkt onhaalbaar. Er zouden ruim 5.000 nieuwe locaties en 35.000 extra pedagogisch medewerkers nodig zijn om dat voor elkaar te krijgen.
Kortom: het wordt al lastig om genoeg plekken te behouden, laat staan er meer te creëren.
Geen uitbreiding voor kinderen zonder recht op kinderopvangtoeslag
Een ander belangrijk punt: de plannen brengen geen enkele wijziging voor kinderen die nu geen recht hebben op kinderopvangtoeslag. Dat betekent dat peuters van ouders die niet werken, niet studeren of niet in een re-integratietraject zitten, ook straks géén toegang krijgen tot de bijna gratis opvang. De nieuwe wet verandert daar niets aan.
Het nieuwe stelsel richt zich dus uitsluitend op werkende ouders en heeft geen gevolgen voor kinderen buiten deze groep.
Vroege Educatie (VE): nog steeds een lappendeken
Ook op het gebied van de Vroeg- en Voorschoolse Educatie (VE) verandert er weinig. De huidige financieringsstructuur is rommelig en verschilt per gemeente. Er zijn regelingen, subsidies en combinaties van onderwijs en opvang die allemaal nét anders zijn geregeld.
In de praktijk lijken er daardoor meer dan 340 verschillende vormen van VE te bestaan in Nederland. Het nieuwe kinderopvangstelsel verandert daar niets aan. Er komt geen landelijke afstemming of vereenvoudiging.
Een financieel plan, geen inhoudelijke verbetering
De conclusie is duidelijk: de plannen voor bijna gratis kinderopvang zijn vooral een financieel verhaal. Ze gaan over wie betaalt en hoe de vergoeding wordt geregeld, niet over de ontwikkeling of kansen van kinderen zelf. Voor de meeste kinderen betekent dit dus géén extra plek, géén verruimde toegang en géén verbeterde voorschoolse educatie. De overheid neemt een grote stap in de financiering, maar inhoudelijk blijft alles grotendeels hetzelfde.
Samenvatting
- Het tekort aan opvangplekken blijft groot; uitbreiding lijkt onhaalbaar.
- Kinderen zonder recht op kinderopvangtoeslag krijgen ook straks geen toegang.
- De rommelige financieringsstructuur van de Voorschoolse Educatie blijft bestaan.
- Het plan is financieel bedoeld, maar levert inhoudelijk weinig op voor kinderen.